Gerelateerd aan Filippensen 2:2-6

Wees eensgezind; wees niet hoogmoedig, maar zet uzelf aan tot bescheidenheid. Ga niet af op uw eigen inzicht.

Broeders en zusters, in de naam van onze Heer Jezus Christus roep ik u op om allen eensgezind te zijn, om scheuringen te vermijden, om in uw denken en uw overtuiging volkomen ‚‚n te zijn.

Tot slot vraag ik u: Wees allen eensgezind, leef met elkaar mee, heb elkaar lief als broeders en zusters, wees barmhartig en bereid de minste te zijn.

Tot slot, broeders en zusters, groet ik u. Beter uw leven, neem mijn vermaningen ter harte, wees eensgezind, leef in vrede met elkaar-dan zal de God van de liefde en de vrede met u zijn.

Moge God, die ons doet volharden en ons troost geeft, u de eensgezindheid geven die Christus Jezus van ons vraagt.

Niets verheugt mij meer dan te horen dat mijn kinderen de weg van de waarheid volgen.

Want hoewel ik lijfelijk niet aanwezig ben, ben ik in de geest wel bij u, en ik zie met vreugde hoe hecht u met elkaar verbonden bent en hoe onwrikbaar uw geloof in Christus is.

De bruidegom krijgt de bruid; de vriend van de bruidegom staat te luisteren en is blij dat hij de stem van de bruidegom hoort. Dat vervult mij met grote vreugde.

Dat is ook precies wat ik u geschreven heb: ik wilde niet dat ik bij mijn bezoek verdriet van u zou hebben, terwijl u mij juist blij had moeten maken. En ik had er alle vertrouwen in dat u allen in mijn vreugde zou delen.

Wanneer ik bij u terugkeer, hebt u des te meer reden om u op Christus Jezus te laten voorstaan.

Want wie is onze hoop en vreugde? Wie is onze erekrans wanneer we voor Jezus, onze Heer, staan bij zijn komst? Wie anders dan u?

Houd daarbij vast aan het woord dat leven brengt. Dan kan ik op de dag van Christus trots zijn omdat ik me niet voor niets heb ingespannen en afgemat.

Maar nu is Timoteüs teruggekomen met het goede bericht over uw geloof en liefde. Hij heeft ons bovendien verteld hoezeer u ons altijd als voorbeeld neemt en hoe u er even vurig naar verlangt ons te zien als wij u.

Ik was zeer verheugd te merken dat verscheidene van uw kinderen de weg van de waarheid volgen, in overeenstemming met het gebod dat de Vader ons gegeven heeft.

Euodia en Syntyche, ik dring er bij u op aan eensgezind te zijn, want u bent één met de Heer.

Hierop moeten wij ons allen als volmaakte mensen richten. Mocht u er op enig punt anders over denken, dan zal God het u wel duidelijk maken.

En niet alleen daardoor, ook door diens bericht over de manier waarop u hem bemoedigd hebt. Hij heeft ons verteld hoe graag u ons weer wilt zien, hoezeer u om dat voorval treurt en met hoeveel overtuiging u zich aan mijn kant hebt geschaard. Hierdoor werd ik met blijdschap vervuld.

Elke dag kwamen ze trouw en eensgezind samen in de tempel, braken het brood bij elkaar thuis en gebruikten hun maaltijden in een geest van eenvoud en vol vreugde.

Er is verder niemand die zich net zo oprecht als ik om u bekommert,

telkens wanneer ik voor u allen bid. Dat doe ik vol vreugde,