Gerelateerd aan Richteren 19:25

Gerelateerd aan Richteren 19:25

Jeremia 5:7

‘Waarom zou ik jullie vergeven? Jullie kinderen hebben mij verlaten, zij zwoeren bij wat geen goden zijn. Ik schonk hun overvloed, maar zij pleegden overspel, bij hoeren zijn ze kind aan huis.
Gerelateerd aan Richteren 19:25

Hosea 9:9

Ze zijn diep gezonken, zoals destijds in Gibea. Nu zal de HEER hun wandaden in rekening brengen en hun zonden bestraffen.
Gerelateerd aan Richteren 19:25

Hosea 10:9

Al in Gibea gaf jij je over aan zonden, Israël, en sindsdien heb je daarin volhard. Zou je dan nu in Gibea worden ontzien, gespaard waar misdadigers worden gestraft?
Gerelateerd aan Richteren 19:25

Efeze 4:19

Afgestompt als ze zijn, geven ze zich over aan losbandigheid en storten ze zich in allerlei zedeloze praktijken.
Gerelateerd aan Richteren 19:25

Genesis 4:1

De mens, Adam, had gemeenschap met Eva, zijn vrouw, en zij werd zwanger en bracht Kaïn ter wereld. ‘Met de hulp van de HEER, ‘zei ze, ‘heb ik het leven geschonken aan een man!’
Gerelateerd aan Richteren 19:25

Hosea 7:4

Ze zijn allemaal even trouweloos. Hun hartstocht lijkt op een oven die door een bakker zo hoog is opgestookt, dat hij er niet meer naar hoeft om te zien terwijl hij het deeg kneedt en het laat rijzen.