Gerelateerd aan Openbaring 22:4

Toen zag ik dit: het lam stond op de Sion, en bij het lam waren honderdvierenveertigduizend mensen die zijn naam en die van zijn Vader op hun voorhoofd hadden.

Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien.

Wie overwint maak ik tot een zuil in de tempel van mijn God. Daar zal hij voor altijd blijven staan. Ik zal op hem de naam schrijven van mijn God en van de stad van mijn God, het nieuwe Jeruzalem dat bij mijn God vandaan uit de hemel zal neerdalen, en ook mijn eigen nieuwe naam.

Geliefde broeders en zusters, wij zijn nu al kinderen van God. Wat we zullen zijn is nog niet geopenbaard, maar we weten dat we aan hem gelijk zullen zijn wanneer hij zal verschijnen, want dan zien we hem zoals hij is.

Hij bidt weer tot God en God is hem gunstig gezind, hij roept het uit van vreugde en verschijnt voor hem, want hij wordt door God in ere hersteld.

Streef ernaar in vrede te leven met allen en leid een heilig leven; wie dat niet doet zal de Heer niet zien.

Nu kijken we nog in een wazige spiegel, maar straks staan we oog in oog. Nu is mijn kennen nog beperkt, maar straks zal ik volledig kennen, zoals ik zelf gekend ben.

Laat mij, recht gedaan, uw gelaat aanschouwen, bij het ontwaken mij verzadigen aan uw beeld.

Wie mij dient moet mij volgen: waar ik ben zal ook mijn dienaar zijn, en wie mij dient zal door de Vader geëerd worden.

Vader, u hebt hen aan mij geschonken, laat hen dan zijn waar ik ben. Dan zullen zij de grootheid zien die u mij gegeven hebt omdat u mij al liefhad voordat de wereld gegrondvest werd.

Met eigen ogen zul je een koning in al zijn schoonheid aanschouwen, weldra zul je een land zien dat zich uitstrekt tot in de verte.

'Laat het land en de zee en ook de bomen nog ongemoeid! Eerst moeten wij het zegel van onze God op het voorhoofd van zijn dienaren aanbrengen.'

De luister van de HEER zal zich openbaren voor het oog van al wat leeft. De HEER heeft gesproken!’

(4:7) Velen zeggen: 'Wie maakt ons gelukkig?' -HEER, laat het licht van uw gelaat over ons schijnen.

Als een goed mens zijn rechtvaardige weg verlaat en kwaad doet, zal hij daardoor sterven;

als een lelie welig bloeien, jubelen en juichen van vreugde. De woestijn tooit zich met de luister van de Libanon, met de schoonheid van de Karmel en de Saron. Men aanschouwt de luister van de HEER, de schoonheid van onze God.

De HEER richtte zich tot mij: