Gerelateerd aan Job 41:11

Van David, een psalm. Van de HEER is de aarde en alles wat daar leeft, de wereld en wie haar bewonen,

Wie heeft hem iets gegeven dat door hem moest worden terugbetaald?'

De HEER, die vrij kan beschikken over de hoogste hemel en over de aarde en alles wat daarop leeft,

Als je mijn woorden ter harte neemt en je aan het verbond met mij houdt, zul je een kostbaar bezit voor mij zijn, kostbaarder dan alle andere volken-want de hele aarde behoort mij toe.

Had ik honger, ik zou het je niet zeggen, van mij is de wereld en wat daar leeft.

Als je rechtvaardig bent, wat geef je hem dan? Een geschenk, dat hij uit jouw hand ontvangt?

Immers: 'Van de Heer is de aarde en haar rijkdom.'

U, HEER, bent groots en machtig, vol luister, roem en majesteit. Alles in de hemel en op aarde behoort u toe, HEER, u bezit het koningschap en de heerschappij.

De hemel is de hemel van de HEER, de aarde heeft hij aan de mensen gegeven.

'Kan een mens God ooit tot nut zijn, kan zelfs een wijze hem een dienst bewijzen?

(21:4) U nadert hem met rijke zegen en plaatst op zijn hoofd een gouden kroon.

Maar wanneer iemand u erop wijst dat u vlees van offerdieren eet, laat het dan omwille van hem staan. Houd rekening met het geweten.