Gerelateerd aan Ezra 7:10-11

In overeenstemming met de wijsheid van uw God waarover u beschikt moet u, Ezra, magistraten en rechters aanstellen die rechtspreken over het hele volk in de provincie Trans-Eufraat, over allen die de wetten van uw God kennen, en moet u wie ze niet kent ermee bekend maken.

Wie deze woorden van mij hoort en ernaar handelt, kan vergeleken worden met een verstandig man, die zijn huis bouwde op een rots.

Je zult gelukkig zijn als je dit niet alleen begrijpt, maar er ook naar handelt.

Verkondig de boodschap, blijf aandringen, of het nu uitkomt of niet, wijs terecht, straf en vermaan met alle geduld dat het onderricht vereist.

Kennis ligt op de lippen van de priester en waarheid zoekt men in wat hij zegt, want hij is een bode van de HEER van de hemelse machten.

Laat hen uw regels onderwijzen aan Jakob, uw voorschriften doorgeven aan Israël. Laat hun geurige gave u behagen, laat hen brandoffers brengen op uw altaar.

maar vreugde vindt in de wet van de HEER en zich verdiept in zijn wet, dag en nacht.

(19:8) De wet van de HEER is volmaakt: levenskracht voor de mens. De richtlijn van de HEER is betrouwbaar: wijsheid voor de eenvoudige.

HEER, God van onze voorouders Abraham, Isaak en Israël, koester dit blijk van de gezindheid van uw volk voor altijd en laat hun hart op u gericht zijn.

U, HEER, verhoort de wens van de nederigen, u bemoedigt hen en luistert met aandacht,

(57:8) Mijn hart is gerust, o God, mijn hart is gerust, ik wil voor u zingen en spelen.

Aan alles, hoe volmaakt ook, zag ik een einde, maar uw gebod is grenzeloos ruim.

Jechizkia prees de Levieten om de kundigheid waarmee ze de HEER dienden. Gedurende de zeven dagen van het feest werden er vredeoffers gebracht en beleed men trouw aan de HEER, de God van de voorouders.

Hij deed wat slecht is, want zijn hart was niet gericht op de HEER.

Gebruik je gezag om dit te verkondigen, moedig aan en wijs terecht. Laat niemand op je neerkijken.

Bedenk dat u zelf in Egypte slaaf bent geweest; houd u daarom zorgvuldig aan deze voorschriften.

Gelukkig hebt u ook goede dingen gedaan: u hebt het land gezuiverd van Asjerapalen en uw hart op God gericht.'

Gelukkig zijn zij die hun kleren wassen: zij kunnen over de levensboom beschikken en zullen de stad door de poorten binnengaan.

Keer je naar hem toe, hef je handen naar hem op,

In mijn eerste boek, Theofilus, heb ik de daden en het onderricht van Jezus beschreven,