Gerelateerd aan 1 Korinthe 8:4

Wees u er daarom van bewust en laat goed tot u doordringen dat de HEER de enige God is, boven in de hemel en hier beneden op de aarde; een ander is er niet.

Maar nee, jullie zijn minder dan niets en jullie daden hebben geen enkele waarde; verafschuwd wordt ieder die voor jullie kiest.

Luister, Israël: de HEER, onze God, de HEER is de enige!

Jezus antwoordde: ‘Het voornaamste is: “Luister, Israël! De Heer, onze God, is de enige Heer;

Dit zegt de HEER, Israëls koning en bevrijder, de HEER van de hemelse machten: Ik ben de eerste en de laatste, er is geen god buiten mij.

één God en Vader van allen, die boven allen, door allen en in allen is.

Dit zegt de HEER, je bevrijder, die je al in de moederschoot heeft gevormd: Ik, de HEER, ben het die alles gemaakt heeft, de enige die de hemel heeft uitgespannen, die zelf de aarde heeft uitgehamerd.

Want er is maar één God, en maar één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus,

Ik ben de HEER, er is geen ander, buiten mij is er geen god. Ik heb je omgord met wapens, ofschoon je me niet kende.

Ik vraag u, HEER, onze God: red ons uit zijn handen, opdat alle koninkrijken op aarde zullen beseffen dat u, HEER, de enige bent.’

wij weten: er is ‚‚n God, de Vader, uit wie alles is ontstaan en voor wie wij zijn bestemd, en ‚‚n Heer, Jezus Christus, door wie alles bestaat en door wie wij leven.

Daar staat het menselijk verstand bij stil. De goudsmid schaamt zich voor zijn beelden. Zijn gietsels zijn niets, ze ademen niet,

Zie het toch in: ik ben de enige, naast mij is er geen andere god. Ik laat sterven, ik geef leven, ik sla wonden en ik genees. Wanneer ik mijn macht laat gelden is er niemand die redding bieden kan.

Hun goden zijn van zilver en goud, gemaakt door mensenhanden.

Maar alleen de HEER is werkelijk God, hij is de levende God, de eeuwige koning. Door zijn woede beeft de aarde, tegen zijn toorn houden volken geen stand.’

Wat wil ik met dit alles zeggen? Dat offervlees een bijzondere betekenis heeft? Of dat afgoden echt bestaan?

Dan nu over heidens offervlees. Zeker, het is waar dat wij allen kennis bezitten. Maar kennis maakt verwaand; alleen de liefde bouwt op.

'Wee hem die tegen een stuk hout zegt: "Word wakker!" en tegen een stomme steen: "Sta op!"' Zal dat beeld iets verkondigen? Het is wel gevat in goud en zilver, maar er zit geen leven in.

Vrees niet, laat de angst je niet verlammen: heb ik het je niet vanaf het begin laten horen, heb ik het je niet aldoor verteld? Jullie zijn mijn getuigen: is er een god buiten mij, of een andere rots? Ik ken er geen.

Het menselijk verstand staat daarbij stil. De goudsmid schaamt zich voor zijn beelden. Zijn gietsels zijn niets, ze ademen niet,