Gerelateerd aan 1 Korinthe 12:3

De Geest van God herkent u hieraan: iedere geest die belijdt dat Jezus Christus als mens gekomen is, komt van God.

‘U bent de messias, de Zoon van de levende God, ‘antwoordde Simon Petrus.

Niet dat wij vanuit onszelf zo bekwaam zijn dat we dit als ons eigen werk kunnen beschouwen; onze bekwaamheid danken we aan God.

wij weten: er is ‚‚n God, de Vader, uit wie alles is ontstaan en voor wie wij zijn bestemd, en ‚‚n Heer, Jezus Christus, door wie alles bestaat en door wie wij leven.

‘Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen mij, en terecht, want dat ben ik ook.

Wanneer de pleitbezorger komt die ik van de Vader naar jullie zal zenden, de Geest van de waarheid die van de Vader komt, zal die over mij getuigen.

dan moet u zijn lijk voor het einde van de dag begraven en het daar niet ‘s nachts nog laten hangen; anders maakt u het land dat de HEER, uw God, u als grondgebied geeft onrein. Want op een gehangene rust Gods vloek.

Door jullie bekend te maken wat hij van mij heeft, zal hij mij eren.

Als iemand de Heer niet liefheeft-hij zij vervloekt! Maranata!

Als uw mond belijdt dat Jezus de Heer is en uw hart gelooft dat God hem uit de dood heeft opgewekt, zult u worden gered.

Maar Christus Jezus heeft ons vrijgekocht van deze vloek door voor ons te worden vervloekt, want er staat geschreven: 'Vervloekt is ieder mens die aan een paal hangt.'

Jezus vroeg: ‘Hoe kan David hem dan, geïnspireerd door de Geest, Heer noemen? Want hij zegt:

U hebt er immers geen enkel bezwaar tegen dat iemand u een andere Jezus verkondigt dan wij hebben gedaan, of dat u een andere Geest of een ander evangelie ontvangt dan u ontvangen hebt.

Op de dag van de Heer raakte ik in vervoering. Ik hoorde achter me een luide stem, die klonk als een bazuin

Omwille van mijn volksgenoten, de broeders en zusters met wie ik mijn afkomst deel, zou ik bijna bidden zelf vervloekt te worden en van Christus gescheiden te zijn;

Jezus zei: ‘Belet het hem niet. Want iemand die een wonder verricht in mijn naam kan onmogelijk het volgende moment kwaad van mij spreken.