SV
22En ziet, er kwam een van de oversten der synagoge, met name Jairus; en Hem ziende, viel hij aan Zijn voeten,
23En bad Hem zeer, zeggende: Mijn dochtertje is in haar uiterste; ik bid U, dat Gij komt en de handen op haar legt, opdat zij behouden worde, en zij zal leven.
24En Hij ging met hem; en een grote schare volgde Hem, en zij verdrongen Hem.
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de Staten Vertaling van 1637
KJV
22And, behold, there cometh one of the rulers of the synagogue, Jairus by name; and when he saw him, he fell at his feet,
23And besought him greatly, saying, My little daughter lieth at the point of death: I pray thee, come and lay thy hands on her, that she may be healed; and she shall live.
24And Jesus went with him; and much people followed him, and thronged him.
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de King James Version