Gerelateerd aan Handelingen 16:25

Het moet u tot grote blijdschap stemmen, broeders en zusters, als u allerlei beproevingen ondergaat.

Wees altijd verheugd,

Verheug u hierover, ook al moet u nu tot uw verdriet nog een korte tijd allerlei beproevingen verduren.

Midden in de nacht sta ik op en loof u om uw rechtvaardige voorschriften.

(77:7) bij nacht denk ik aan mijn spel op de snaren, mijn hart zoekt, mijn geest vraagt:

En dat niet alleen, we prijzen ons zelfs gelukkig onder alle ellende, omdat we weten dat ellende tot volharding leidt,

Laat de Heer uw vreugde blijven; ik zeg u nogmaals: wees altijd verheugd.

Christus heeft tijdens zijn leven op aarde onder tranen en met luide stem gesmeekt en gebeden tot hem die hem kon redden van de dood, en werd verhoord vanwege zijn diep ontzag voor God.

Laat in uw hart de vrede van Christus heersen, want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam. Wees ook dankbaar.

Gelukkig wie vanwege de gerechtigheid vervolgd worden, want voor hen is het koninkrijk van de hemel.

Maar niet één van hen zegt: "Waar is God, mijn maker, hij die in de nacht mijn krachten herstelt,

Wees verheugd door de hoop die u hebt, wees standvastig wanneer u tegenspoed ondervindt, en bid onophoudelijk.

en zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de Geest u ingeeft. Zing en jubel met heel uw hart voor de Heer

We worden van alle kanten belaagd, maar raken niet in het nauw. We worden aan het twijfelen gebracht, maar raken niet vertwijfeld.

Ik ben blij dat ik nu voor u lijd en dat ik in mijn lichaam mag aanvullen wat er nog aan Christus' lijden ontbreekt, ten behoeve van zijn lichaam, de kerk,

Maar bij jullie zullen liederen klinken, zoals in de nacht van heiliging voor een feest. Jullie zullen verheugd zijn als een pelgrim die op de schalmei speelt, op zijn tocht naar de berg van de HEER, de rots van Israël.

Roep mij te hulp in tijden van nood, ik zal je redden, en je zult mij eren.'

Voor velen ben ik een teken, u bent mijn veilige schuilplaats.

Gelukkig zijn jullie wanneer de mensen jullie omwille van de Mensenzoon haten en buitensluiten en beschimpen en je naam door het slijk halen.

(42:9) Overdag bewijst de HEER mij zijn liefde, 's nachts klinkt een lied in mij op, een gebed tot de God van mijn leven.