Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Romeinen 12:15
Wees blij met wie zich verblijdt, heb verdriet met wie verdriet heeft.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Prediker 3:4
Er is een tijd om te huilen en een tijd om te lachen, een tijd om te rouwen en een tijd om te dansen.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Jakobus 2:15
Als een broeder of zuster nauwelijks kleren heeft en elke dag eten tekortkomt,
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Psalmen 137:3
Daar durfden onze bewakers te vragen om een lied, daar vroegen onze beulen: 'Zing voor ons een vrolijk lied uit Sion.'
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Jesaja 58:7
Is het niet: je brood delen met de hongerige, onderdak bieden aan armen zonder huis, iemand kleden die naakt rondloopt, je bekommeren om je medemensen?
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Job 24:7
Naakt brengen ze de nacht door, zonder bovenkleed, door niets tegen de kou beschermd.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Daniel 6:18
(6:19) Daarna keerde de koning terug naar zijn paleis en bracht de nacht door zonder iets te eten; hij kon de slaap niet vatten, maar liet niets ter afleiding brengen.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Spreuken 10:26
Als azijn voor de tanden, als rook voor de ogen, zo is een luiaard voor zijn meester.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Deuteronomium 24:12
En als hij zo arm is dat hij zijn overkleed moet afstaan, mag u zich daar niet ‘s nachts mee toedekken.
Gerelateerd aan Spreuken 25:20
Jakobus 5:15
Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. Wanneer hij gezondigd heeft, zal het hem vergeven worden.