Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 16:24
Een vriendelijke uitspraak is een korf vol honing, zoet voor de ziel en gezond voor het lichaam.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 15:4
Kalme woorden zijn een levensboom, een valse tong vernietigt de geest.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Psalmen 52:2
(52:4) Je zint op ongeluk, je tong is het scherpe mes van een bedrieger.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 15:7
De woorden van de wijzen zaaien kennis, zo niet de geest van de dwazen.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Jakobus 3:6
Onze tong is net zo'n vlam: een wereld van onrecht, die onze lichaamsdelen in brand steekt. Want hij besmet het hele lichaam, hij steekt het rad van het leven in brand, met vuur uit de Gehenna.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Psalmen 57:4
(57:5) Tussen leeuwen moet ik liggen, tussen dieren die mensen verslinden, hun tanden zijn speren en pijlen, hun tong is een geslepen zwaard.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Psalmen 64:3
(64:4) Ze scherpen hun tong als een mes, ze richten hun pijl, een giftig woord,
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 4:22
Ze zijn het leven voor wie ze aanvaarden, sterken heel het lichaam als een medicijn.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Daniel 11:33
De verlichten onder het volk brengen velen tot inzicht, maar een tijd lang worden zij te vuur en te zwaard bestreden, gevangengezet en beroofd.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 13:17
Een onbetrouwbare bode brengt onheil teweeg, een betrouwbare boodschapper redt.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 25:18
Wie een vals getuigenis tegen een ander aflegt, is als een bijl, een zwaard, een scherpe pijl.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Spreuken 10:20
De uitspraken van een rechtvaardige zijn als zuiver zilver, de gedachten van een goddeloze zijn niets waard.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Psalmen 59:7
(59:8) Hun mond loopt over van venijn, de woorden op hun lippen zijn zwaarden, zij denken: Wie hoort het?
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Openbaring 1:16
In zijn rechterhand had hij zeven sterren en uit zijn mond kwam een scherp, tweesnijdend zwaard. Zijn gezicht schitterde als de felle zon.
Gerelateerd aan Spreuken 12:18
Openbaring 22:2
In het midden van het plein van de stad en aan weerskanten van de rivier stond een levensboom, die twaalf vruchten gaf, elke maand zijn eigen vrucht. De bladeren van de boom brachten de volken genezing.