Gerelateerd aan Psalmen 43:1

(24:16) De HEER zal uitspraak doen en beslissen wie van ons beiden in zijn recht staat. Hij zal mijn zaak onderzoeken en verdedigen en mij recht verschaffen tegenover u.'

Van David. Doe mij recht, HEER, want zonder dwalen ben ik mijn weg gegaan, op u, HEER, heb ik vertrouwd, ik wankelde niet.

Van David. Bestrijd, HEER, wie mij bestrijden, vecht tegen wie mij bevechten,

Doe mij recht, HEER, mijn God, u bent rechtvaardig, sta niet toe dat ze zich om mij vermaken,

(5:7) leugenaars richt u te gronde. U verafschuwt, HEER, wie bedriegt en bloed vergiet.

(7:9) HEER, rechter van de wereld. Doe mij recht, HEER, ik ben onschuldig, mij treft geen blaam.

Want hun beschermer is sterk, hij zal hun rechten tegen je verdedigen.

(75:8) het is God die rechtspreekt en de een vernedert, de ander verheft.

Ik ben me weliswaar van geen kwaad bewust, maar dat betekent niet dat mij niets ten laste kan worden gelegd. Het is de Heer die over mij oordeelt.

Want de HEER verdedigt hun rechten, wie hen bedreigen, jaagt hij de dood in.

De toorn van de HEER zal ik dragen- ik weet, ik heb tegen hem gezondigd-tot hij voor mij heeft gepleit, mij recht heeft verschaft. Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen.

Mijn God, bevrijd mij uit de hand van schurken, uit de greep van wrede onderdrukkers.

Toen kreeg David bericht dat Achitofel zich bij de samenzwering van Absalom had gevoegd, en hij riep uit: 'Ach HEER, verijdel toch de plannen van Achitofel!'

Daarna wendde Absalom zich tot Achitofel: 'Geeft u ons raad. Hoe moet het nu verder?'

Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde niet, hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt.