Gerelateerd aan Psalmen 145:20

maar als ze mij liefhebben en doen wat ik gebied, bewijs ik hun mijn liefde tot in het duizendste geslacht.

En wij weten dat voor wie God liefhebben, voor wie volgens zijn voornemen geroepen zijn, alles bijdraagt aan het goede.

Mijn schapen luisteren naar mijn stem, ik ken ze en zij volgen mij.

U die de HEER bemint: haat het kwade. Hij behoedt het leven van wie hem trouw zijn, uit de greep van de goddelozen bevrijdt hij hen.

(31:24) Getrouwen van de HEER, heb hem lief. De HEER behoedt de standvastigen, voorgoed rekent hij af met de hoogmoedigen.

(9:18) Laten de goddelozen weggaan naar het dodenrijk, alle volken die God zijn vergeten.

(9:6) U hebt volken bedreigd, goddelozen omgebracht, hun namen uitgewist voor eeuwig.

De HEER beschermt de weg van de rechtvaardigen, de weg van de wettelozen loopt dood.

Luister, geliefde broeders en zusters: heeft God niet juist hen die naar wereldse maatstaven arm zijn, uitgekozen om rijk te zijn door het geloof en deel te krijgen aan het koninkrijk dat hij heeft beloofd aan wie hem liefhebben?

Daarop zal hij ook de groep aan zijn linkerzijde toespreken: “Jullie zijn vervloekt, verdwijn uit mijn ogen naar het eeuwige vuur dat bestemd is voor de duivel en zijn engelen.

want de HEER heeft gerechtigheid lief, wie hem trouw zijn, verlaat hij niet. Zij blijven voor eeuwig behouden, maar het nageslacht van zondaars wordt verdelgd.