Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Psalmen 58:4

(58:5) Giftig zijn ze als een bijtende adder, doof als een slang die zijn oren sluit,
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Psalmen 57:4

(57:5) Tussen leeuwen moet ik liggen, tussen dieren die mensen verslinden, hun tanden zijn speren en pijlen, hun tong is een geslepen zwaard.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Psalmen 52:2

(52:4) Je zint op ongeluk, je tong is het scherpe mes van een bedrieger.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Jesaja 59:3

Want jullie handen zijn besmeurd met bloed, je vingers bezoedeld door wandaden, je lippen spreken leugens, je tong prevelt bedrog.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Romeinen 3:13

Hun keel is een open graf, hun tong is bedrieglijk, achter hun lippen schuilt het gif van een adder,
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Spreuken 12:18

De woorden van een dwaas zijn dolkstoten, wat de wijze zegt, brengt genezing.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Spreuken 23:32

maar later bijt hij als een slang, spuit hij gif als een adder.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Jesaja 59:13

we zijn opstandig en de HEER ontrouw, we zijn afvallig van onze God, we zijn belust op bedrog en onderdrukking, zwanger van leugens brengen we onwaarheid voort.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Jeremia 9:3

Wees allen op je hoede voor vrienden, verlaat je niet op je broers. Elke broer bedriegt als Jakob, elke vriend strooit lasterpraat rond.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Psalmen 59:7

(59:8) Hun mond loopt over van venijn, de woorden op hun lippen zijn zwaarden, zij denken: Wie hoort het?
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Psalmen 64:3

(64:4) Ze scherpen hun tong als een mes, ze richten hun pijl, een giftig woord,
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Jeremia 9:5

Onderdrukking volgt op onderdrukking, bedrog op bedrog. Ze willen van mij niets weten- spreekt de HEER.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Mattheüs 12:34

Addergebroed! Hoe kunt u iets goeds zeggen terwijl u zelf slecht bent? Waar het hart vol van is, daar loopt de mond van over.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Genesis 3:13

‘Waarom heb je dat gedaan?’ vroeg God, de HEER, aan de vrouw. En zij antwoordde: ‘De slang heeft me misleid en toen heb ik ervan gegeten.’
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

Jakobus 3:6

Onze tong is net zo'n vlam: een wereld van onrecht, die onze lichaamsdelen in brand steekt. Want hij besmet het hele lichaam, hij steekt het rad van het leven in brand, met vuur uit de Gehenna.
Gerelateerd aan Psalmen 140:3

2 Korinthe 11:3

Alleen vrees ik dat, zoals Eva door de slang op sluwe wijze bedrogen werd, uw gedachten worden weggelokt van de oprechte en zuivere toewijding aan Christus.