Gerelateerd aan Psalmen 119:43

Moge mijn ziel leven en u loven, mogen uw voorschriften mijn hulp zijn.

Ik huiver van angst voor u, uw vonnissen wekken mijn vrees.

Ik denk aan uw eeuwige voorschriften, HEER, daarin vind ik troost.

Mijn lippen hebben uitgesproken wat uw mond ons voorschreef.

Maar tot wie kwaad doet zegt God: 'Wat baat het dat je mijn geboden opzegt en mijn verbond in de mond neemt?

(51:16) U bent de God die mij redt, bevrijd mij, God, van de dreigende dood, en ik zal juichen om uw gerechtigheid.

Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde niet, hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig oordeelt.

Hij wilde ons door de verkondiging van de waarheid tot leven roepen, om ons de eersten te maken in zijn schepping.

(9:17) De HEER maakt zich bekend en doet recht, door zijn hand komt de goddeloze ten val. higgajon, sela

(7:7) Sta op, HEER, laat uw toorn ontbranden, keer u tegen de razernij van mijn belagers, kom mij te hulp, gebieder van het recht.

(9:5) Want u hebt mijn rechten verdedigd, u nam plaats op uw zetel, rechtvaardige rechter.

In hem hebt ook u de boodschap van de waarheid gehoord, het evangelie van uw redding, in hem bent u, door uw geloof, gemerkt met het stempel van de heilige Geest die ons beloofd is

Verschaf mij recht, o God, vecht voor mijn zaak. Bescherm mij tegen een liefdeloos volk, vol list en bedrog.

God, u onderwees mij van jongs af aan, en steeds nog vertel ik uw wonderen.

Dit verbond sluit ik met hen-zegt de HEER: mijn geest, die op jou rust, en de woorden die ik je in de mond heb gelegd, zullen uit jouw mond niet wijken, noch uit de mond van je kinderen, noch uit de mond van je kindskinderen, van nu tot in eeuwigheid-zegt de HEER.