Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Ezechiel 18:7

hij buit niemand uit, geeft de schuldenaar zijn onderpand terug en besteelt niemand. Hij deelt zijn brood met al wie honger heeft, wie naakt is geeft hij kleren;
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Ezechiel 18:16

hij buit niemand uit, hij vraagt geen onderpand wanneer hij iets uitleent en hij besteelt niemand. Hij deelt zijn voedsel met al wie honger heeft, wie naakt is geeft hij kleren,
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

1 Johannes 3:16

Wat liefde is, hebben we geleerd van hem die zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Jakobus 2:15

Als een broeder of zuster nauwelijks kleren heeft en elke dag eten tekortkomt,
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Hebreeën 13:1

Houd de onderlinge liefde in stand
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Deuteronomium 15:7

Zou er in een van de steden in het land dat de HEER, uw God, u zal geven toch iemand uit uw eigen volk gebrek lijden, dan mag dat u niet koud laten. U mag uw hand niet op de zak houden,
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Jakobus 1:27

Voor God, de Vader, is alleen dit reine, zuivere godsdienst: weduwen en wezen bijstaan in hun nood, en je in acht nemen voor de wereld en onberispelijk blijven.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Romeinen 12:13

Bekommer u om de noden van de heiligen en wees gastvrij.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Hebreeën 13:16

En houd de liefdadigheid en de onderlinge solidariteit in ere, want dat zijn offers waarin God behagen schept.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Job 31:32

Geen vreemdeling liet ik buiten overnachten, voor elke reiziger opende ik mijn deuren.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Romeinen 12:20

Maar 'als uw vijand honger heeft, geef hem dan te eten, als hij dorst heeft, geef hem dan te drinken. Dan stapelt u gloeiende kolen op zijn hoofd'.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Romeinen 16:23

Gajus, die mijn gastheer is en die zijn huis voor de hele gemeente openstelt, laat u groeten. Erastus, die de gelden van de stad beheert, en mijn broeder Quartus laten u groeten.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

1 Timotheüs 6:17

Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers te stellen als rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

1 Petrus 4:9

Wees gastvrij voor elkaar, zonder te klagen.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Hebreeën 6:10

Want God is niet zo onrechtvaardig dat hij vergeet wat u hebt gedaan, hoeveel liefde u aan zijn naam hebt betoond door sinds jaar en dag steun te verlenen aan de gelovigen.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

2 Korinthe 8:7

U blinkt in alles uit: in geloof, in kennis en welsprekendheid, in inzet op elk gebied, in de liefde die wij in u hebben gewekt-blink dus ook uit in dit goede werk.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Psalmen 112:5

Goed gaat het wie genadig is en vrijgevig, wie zijn zaken eerlijk behartigt.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Job 31:16

Onthield ik aan de armen ooit waar ze om vroegen, liet ik de ogen van weduwen versmachten?
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Spreuken 3:9

Eer de HEER met al je rijkdom, met het beste van de oogst.
Gerelateerd aan Mattheüs 25:35

Spreuken 14:31

Wie een verschoppeling onderdrukt, beledigt zijn schepper, wie zich over een arme ontfermt, eert hem.
1
2
3
Volgende