Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
2 Korinthe 6:16
Wat heeft de tempel van God met afgoden te maken? Wijzelf zijn de tempel van de levende God, zoals God heeft gezegd: 'Ik zal bij hen wonen en in hun midden verkeren, ik zal hun God zijn en zij mijn volk.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jeremia 30:22
Jullie zullen mijn volk zijn, en ik zal jullie God zijn.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jeremia 7:23
Wat ik hun geboden heb, is dit: “Wees mij gehoorzaam, dan zal ik jullie God zijn en zullen jullie mijn volk zijn. Volg steeds de weg die ik jullie wijs, daar zullen jullie wél bij varen.”
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Exodus 6:7
Ik zal jullie aannemen als mijn volk, en ik zal jullie God zijn. En jullie zullen inzien dat ik, de HEER, jullie God ben, die jullie bevrijdt van de last die je door de Egyptenaren is opgelegd.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Hebreeën 11:16
Nee, ze keken reikhalzend uit naar een beter vaderland: het hemelse. Daarom schaamt God zich er niet voor hun God genoemd te worden en heeft hij voor hen een stad gereedgemaakt.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Joel 2:27
Dan zullen jullie inzien dat ik in Israëls midden ben, dat alleen ik, de HEER, jullie God ben; nooit zal mijn volk weer te schande gemaakt worden.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Deuteronomium 23:14
(23:15) Want de HEER, uw God, is tijdens zo’n veldtocht in uw midden, om u te beschermen en u te laten zegevieren over uw vijand. Daarom moet u het kamp rein houden, opdat hij niets onbetamelijks bij u aantreft en hij zich niet van u afkeert.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Ezechiel 11:20
Dan zullen ze mijn wetten gehoorzamen en mijn regels in acht nemen. Zij zullen mijn volk zijn en ik zal hun God zijn.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Exodus 19:5
Als je mijn woorden ter harte neemt en je aan het verbond met mij houdt, zul je een kostbaar bezit voor mij zijn, kostbaarder dan alle andere volken-want de hele aarde behoort mij toe.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Zacharia 13:9
Dat deel zal ik louteren in het vuur: ik zal hen smelten als zilver en zuiveren als goud. Zij zullen mijn naam aanroepen en ik zal antwoorden. Ik zal zeggen: 'Dit is mijn volk, 'en zij zullen zeggen: 'De HEER is onze God.'
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Openbaring 21:7
Wie overwint komen al deze dingen toe. Ik zal zijn God zijn en hij zal mijn kind zijn.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jesaja 41:10
Wees niet bang, want ik ben bij je, vrees niet, want ik ben je God. Ik zal je sterken, ik zal je helpen, je steunen met mijn onoverwinnelijke rechterhand.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jeremia 11:4
die ik jullie voorouders heb opgelegd toen ik hen uit de smeltoven van Egypte haalde. Ik heb gezegd: “Luister naar mij en doe alles wat ik jullie gebied. Dan zullen jullie mijn volk zijn en zal ik jullie God zijn.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Genesis 17:7
Ik sluit een verbond met jou en met je nakomelingen, met alle komende generaties, een eeuwigdurend verbond: ik zal jouw God zijn en die van je nakomelingen.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jeremia 32:38
Zij zullen mijn volk zijn en ik zal hun God zijn.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jeremia 31:33
Maar dit is het verbond dat ik in de toekomst met Israël zal sluiten-spreekt de HEER: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en hem in hun hart schrijven. Dan zal ik hun God zijn en zij mijn volk.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Psalmen 50:7
'Luister, mijn volk, ik ga spreken, Israël, ik ga tegen je getuigen, ik, God, je eigen God.
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Ezechiel 36:38
zo vol als Jeruzalem op hoogtijdagen is met heilige offerdieren, zo vol met mensen zullen de steden zijn die nu in puin liggen. En ze zullen beseffen dat ik de HEER ben."'
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Jesaja 12:2
God, hij is mijn redder. Ik heb een vast vertrouwen, ik wankel niet, want de HEER is mijn sterkte, hij is mijn beschermer, hij heeft mij redding gebracht.’
Gerelateerd aan Leviticus 26:12
Genesis 3:8
Toen de mens en zijn vrouw God, de HEER, in de koelte van de avondwind door de tuin hoorden wandelen, verborgen zij zich voor hem tussen de bomen.
1
2