Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jeremia 8:7
De ooievaar aan de hemel, de tortelduif en de gierzwaluw kennen de tijd van hun trek, maar mijn volk kent niet de orde van de HEER.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 44:24
Dit zegt de HEER, je bevrijder, die je al in de moederschoot heeft gevormd: Ik, de HEER, ben het die alles gemaakt heeft, de enige die de hemel heeft uitgespannen, die zelf de aarde heeft uitgehamerd.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 43:7
allen over wie mijn naam is uitgeroepen, en die ik omwille van mijn majesteit geschapen heb, gemaakt en gevormd.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 1:3
Een rund herkent zijn meester, een ezel kent zijn voederbak, maar Israël mist elk inzicht, mijn volk leeft in onwetendheid.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 43:1
Welnu, dit zegt de HEER, die jou schiep, Jakob, die jou vormde, Israël: Wees niet bang, want ik zal je vrijkopen, ik heb je bij je naam geroepen, je bent van mij!
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Hosea 4:6
Mijn volk komt om doordat het met mij niet vertrouwd is. Jij wilde het niet met mij vertrouwd maken, daarom wil ik niets meer met jou te maken hebben: je zult mij niet meer als priester dienen. Jij hebt de wet van je God verwaarloosd, daarom zal ik jouw kinderen verwaarlozen.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Johannes 15:6
Wie niet in mij blijft wordt weggegooid als een wijnrank en verdort; hij wordt met andere ranken verzameld, in het vuur gegooid en verbrand.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jakobus 2:13
Onbarmhartig zal het oordeel zijn over wie geen barmhartigheid heeft bewezen; maar de barmhartigheid overwint het oordeel.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jeremia 4:22
De HEER zegt: ‘Dwaas is mijn volk, het is met mij niet vertrouwd. Het zijn kinderen zonder verstand, inzicht hebben ze niet. Zij zijn wel wijs, maar in het kwaad; tot het goede zijn ze niet in staat.’
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jeremia 5:4
Ik dacht: Het zijn maar eenvoudige mensen, veel kennis hebben ze niet. Zij weten niet wat de HEER van hen vraagt, zijn niet bekend met het recht van hun God.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Ezechiel 9:10
Ik zal dan ook geen medelijden tonen, ik zal geen medelijden kennen; ik zal hen voor hun daden laten boeten.'
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Psalmen 80:15
(80:16) de stek die uw hand heeft geplant, het kind dat u zelf hebt grootgebracht.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Romeinen 1:31
zijn kortzichtig en trouweloos, zonder liefde en onbarmhartig.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jeremia 5:21
Luister toch, dwaas en onverstandig volk, dat ogen heeft, maar niet ziet, en oren heeft, maar niet hoort.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Mattheüs 13:15
Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten. Met hun ogen willen ze niets zien, met hun oren niets horen, met hun hart niets begrijpen. Want anders zouden ze tot inkeer komen en zou ik hen genezen.”
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
2 Kronieken 36:16
Maar zij lachten Gods boden uit, minachtten zijn woorden en dreven de spot met zijn profeten, totdat de toorn van de HEER tegen zijn volk zo hoog oplaaide dat niets hen meer kon helpen.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
1 Thessalonicensen 2:16
omdat ze ons beletten andere volken bekend te maken hoe ze kunnen worden gered. De maat van hun zonden raakt nu vol, en Gods veroordeling is ten volle over hen gekomen.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 44:18
Ze begrijpen het niet, ze beseffen het niet; blijkbaar zitten hun ogen dichtgeplakt, waardoor ze niets zien en het hun aan inzicht schort.
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Ezechiel 15:2
'Mensenkind, wat is er zo bijzonder aan het hout van de wijnstok? Is het nuttiger dan dat van andere bomen?
Gerelateerd aan Jesaja 27:11
Jesaja 44:2
Dit zegt de HEER, die jou gemaakt heeft en al in de moederschoot gevormd, en die je ter zijde staat: Wees niet bang, mijn dienaar Jakob, Jesurun, die ik heb uitgekozen.
1
2