Gerelateerd aan Genesis 4:26

Gerelateerd aan Genesis 4:26

Psalmen 116:17

U wil ik een dankoffer brengen. Ik zal de naam aanroepen van de HEER
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Zefanja 3:9

Dan zal ik de lippen van de volken rein maken, zij zullen de naam van de HEER aanroepen, ze zullen hem dienen, zij aan zij.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

1 Korinthe 1:2

Aan de gemeente van God in Korinte, geheiligd door Christus Jezus, aan hen die zijn geroepen om zijn heiligen te zijn, en aan allen die de naam van onze Heer Jezus Christus aanroepen, waar dan ook, bij hen en bij ons.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Joel 2:32

(3:5) Dan zal ieder die de naam van de HEER aanroept ontkomen: op de Sion, in Jeruzalem, is een toevlucht te vinden, zoals de HEER heeft beloofd; ieder die hij roept zal worden gered.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

1 Koningen 18:24

U moet de naam van uw god aanroepen, en ik zal de naam van de HEER aanroepen. De god die antwoordt met vuur, is de ware God.' Heel het volk stemde met dit voorstel in.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Handelingen 2:21

Dan zal ieder die de naam van de Heer aanroept worden gered.”
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Genesis 12:8

Daarvandaan trok hij naar het bergland dat oostelijk van Betel ligt, en ergens ten oosten van Betel en ten westen van Ai sloeg hij zijn tent op. Hij bouwde er een altaar voor de HEER en riep er zijn naam aan.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Genesis 26:25

Toen bouwde hij op die plaats een altaar, riep er de naam van de HEER aan en sloeg er zijn tenten op; zijn knechten begonnen daar een put te graven.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Jesaja 63:19

Het is alsof u nooit over ons hebt geheerst, alsof uw naam nooit over ons is uitgeroepen. Scheurde u maar de hemel open om af te dalen! De bergen zouden voor u beven.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Jesaja 44:5

De een zal zeggen: ‘Ik hoor bij de HEER, ‘de ander zal Jakobs naam gebruiken, een derde schrijft op zijn hand: ‘Van de HEER‘ en tooit zich met de naam Israël.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Lukas 3:38

de zoon van Enos, de zoon van Set, de zoon van Adam, de zoon van God.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Romeinen 10:13

want er staat: 'Ieder die de naam van de Heer aanroept, zal worden gered.'
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Efeze 3:14

Daarom buig ik mijn knieën voor de Vader,
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Jesaja 48:1

Luister hiernaar, volk van Jakob, dat de naam Israël mag dragen, dat uit Juda’s bron is voortgekomen, dat zweert bij de naam van de HEER en zich op Israëls God beroept, maar onwaarachtig en onoprecht.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Handelingen 11:26

en toen hij hem gevonden had, nam hij hem mee naar Antiochië. Een heel jaar lang kwamen ze met de gemeente daar bijeen en gaven ze onderricht aan tal van mensen. Het was in Antiochië dat de leerlingen voor het eerst christenen werden genoemd.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Deuteronomium 26:17

Vandaag hebt u de HEER verzekerd dat hij uw God zal zijn, dat u de weg zult volgen die hij u wijst, en dat u zijn wetten, geboden en regels zult naleven en hem gehoorzaam zult zijn.
Gerelateerd aan Genesis 4:26

Jeremia 33:16

Dan wordt Juda verlost en de inwoners van Jeruzalem zullen in vrede leven. En de naam van de stad zal zijn “De HEER is onze gerechtigheid”.