Gerelateerd aan 1 Kronieken 29:11-12

(4:31) Maar toen de zeven jaren verstreken waren, sloeg ik, Nebukadnessar, mijn ogen naar de hemel op en keerde mijn verstand in mij terug. Ik prees de hoogste God, ik roemde en verheerlijkte de eeuwig Levende: zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij en zijn koningschap duurt van generatie tot generatie voort.

Op die dag zullen jullie zeggen: ‘Loof de HEER, roep zijn naam uit. Maak alle volken zijn daden bekend, verkondig zijn verheven naam.

In hem schittert Gods luister, hij is zijn evenbeeld, hij schraagt de schepping met zijn machtig woord; hij heeft, na de reiniging van de zonden te hebben voltrokken, plaatsgenomen aan de rechterzijde van Gods hemelse majesteit,

Met luide stem riepen ze: 'Het lam dat geslacht is, komt alle macht, rijkdom en wijsheid toe, en alle kracht, eer, lof en dank.'

Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor het lam.

Toen blies de zevende engel op zijn bazuin. In de hemel klonken luide stemmen, die zeiden: 'Nu begint de heerschappij van onze Heer over de wereld, en die van zijn messias. Hij zal heersen tot in eeuwigheid.'

Aan de koning der eeuwen, de onvergankelijke, onzichtbare en enige God, zij de eer en glorie tot in alle eeuwigheid. Amen.

Ik heb met mijn grote kracht en met mijn machtige arm de aarde gemaakt en de mensen en dieren die er leven. Ik geef de aarde aan wie ik wil.

werpen de vierentwintig oudsten zich neer voor hem die op de troon zit, en aanbidden hem die leeft tot in eeuwigheid, en leggen hun kransen voor zijn troon met de woorden:

In het begin schiep God de hemel en de aarde.

Een loflied van David. U, mijn God en koning, wil ik roemen, uw naam prijzen tot in eeuwigheid.

(46:11) 'Staak de strijd, en erken dat ik God ben, verheven boven de volken, verheven boven de aarde.'

(3:33) Hoe groots zijn zijn tekenen, hoe machtig zijn wonderen! Zijn koningschap is een eeuwig koningschap en zijn heerschappij duurt van generatie tot generatie voort!

Prijs de HEER, mijn ziel. HEER, mijn God, hoe groot bent u. Met glans en glorie bent u bekleed,

De HEER is koning-volken, beef! Hij troont op de cherubs-aarde, sidder!

De HEER is koning-laat de aarde juichen, laat vreugde heersen van kust tot kust.

Hierna hoorde ik in de hemel een geweldige stem als van een grote menigte zeggen: 'Halleluja! De redding, de eer en de macht zijn van onze God,

aan de stervelingen uw machtige daden verkondigen, de glorie en de glans van uw koningschap:

De Levieten Jesua, Kadmiël, Bani, Chasabneja, Serebja, Hodia, Sebanja en Petachja zeiden: 'Sta op, prijs de HEER, uw God, voor eeuwig en altijd: "Moge uw luisterrijke naam, die verheven is boven alle lof en roem, geprezen zijn.

op de dag die is vastgesteld door de verheven en enige heerser, de hoogste Heer en koning.