SV
7Als ik Uwer gedenk op mijn legerstede, zo peins ik aan U in de nachtwaken.
8Want Gij zijt mij een hulp geweest; en in de schaduw Uwer vleugelen zal ik vrolijk zingen.
9Mijn ziel kleeft U achteraan; Uw rechterhand ondersteunt mij.
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de Staten Vertaling van 1637