11En ik zag een groten witten troon, en Dengene, Die daarop zat, van Wiens aangezicht de aarde en de hemel wegvloden, en geen plaats is voor die gevonden.
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de Staten Vertaling van 1637
KJV
11And I saw a great white throne, and him that sat on it, from whose face the earth and the heaven fled away; and there was found no place for them.
Deze bijbeltekst is ontleend aan aan de King James Version
Helaas geen NBV vertaling meer. Binnen de huidige voorwaarden van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap is dit momenteel niet toegestaan.