Johannes 10:2-4

SV

2Maar die door de deur ingaat, is een herder der schapen.
3Dezen doet de deurwachter open, en de schapen horen zijn stem; en hij roept zijn schapen bij name, en leidt ze uit.
4En wanneer hij zijn schapen uitgedreven heeft, zo gaat hij voor hen heen; en de schapen volgen hem, overmits zij zijn stem kennen.

KJV

2But he that entereth in by the door is the shepherd of the sheep.
3To him the porter openeth; and the sheep hear his voice: and he calleth his own sheep by name, and leadeth them out.
4And when he putteth forth his own sheep, he goeth before them, and the sheep follow him: for they know his voice.
Helaas geen NBV vertaling meer. Binnen de huidige voorwaarden van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap is dit momenteel niet toegestaan.

Suggesties voor alternatieven zijn welkom via het feedback formulier.