Gerelateerd aan Deuteronomium 13:1

Ik heb gehoord wat voor leugens die profeten in mijn naam verkondigen. Ze roepen: “Een droom! Ik heb een droom gehad!”

Luister niet naar je profeten, waarzeggers, droomuitleggers, wolkenschouwers en tovenaars, die jullie steeds oproepen je niet aan de koning van Babylonië te onderwerpen.

Dit zegt de HEER van de hemelse machten, de God van Israël: Laat je niet misleiden door je profeten en waarzeggers. Hecht geen geloof aan hun dromen; ze dromen slechts wat jullie wensen.

Geliefde broeders en zusters, vertrouw niet elke geest. Onderzoek altijd of een geest van God komt, want er zijn veel valse profeten in de wereld verschenen.

Want er zullen valse messiassen en valse profeten komen, die indrukwekkende tekenen en wonderen zullen verrichten om ook Gods uitverkorenen zo mogelijk te misleiden.

Er zullen talrijke valse profeten komen die velen zullen misleiden.

'Mensenkind, klaag alle profeten van Israël aan die het nog wagen te profeteren; zeg tegen de profeten die op eigen gezag spreken: "Luister naar de woorden van de HEER !

Toch zijn er destijds onder het volk ook valse profeten opgetreden, en zo zullen er ook onder u dwaalleraren verschijnen. Ze zullen met verderfelijke ketterijen komen en zelfs de meester die hen heeft vrijgekocht verloochenen. Daarmee bewerken ze spoedig hun eigen ondergang.

Orakels zijn bedrog en waarzeggers vertellen leugens: wat zij dromen komt niet uit, hun troost bestaat uit holle woorden. De mensen dolen rond als schapen, ontredderd, want een herder is er niet.

Pas op voor valse profeten, die in schaapskleren op jullie afkomen maar eigenlijk roofzuchtige wolven zijn.

(9:14) de kop zijn de oudsten en aanzienlijken, en de staart de leugenprofeten.

Wee jullie wanneer alle mensen lovend over je spreken, want hun voorouders hebben de valse profeten op dezelfde wijze behandeld.

Want iedereen, van groot tot klein, is op eigen voordeel uit; van profeet tot priester, ieder pleegt bedrog.

Want profeten en priesters zijn verdorven, zelfs in mijn tempel moet ik hun wangedrag aanzien- spreekt de HEER.

'Maar ik ben ook een profeet, net als u, 'voerde de ander aan. 'En tegen mij heeft een engel in opdracht van de HEER gezegd: "Neem hem mee terug naar je huis en laat hem wat eten en drinken."' Zo loog hij hem voor,

want er zullen valse messiassen en valse profeten komen, die tekenen en wonderen zullen verrichten om Gods uitverkorenen zo mogelijk te misleiden.

Dan zullen ze zelfs niet meer voor hun visioenen durven uitkomen, die profeten. Ze zullen de profetenmantel niet meer aantrekken om de mensen te bedriegen.

De komst van de wetteloze mens is het werk van Satan en gaat gepaard met groot machtsvertoon en valse tekenen en wonderen,

Daarom zullen jullie geen bedrieglijke visioenen meer hebben en geen voorspellingen meer doen. Ik zal mijn volk aan jullie greep ontrukken, en dan zullen jullie weten dat ik de HEER ben."'

De HEER richtte zich tot Jeremia met de opdracht om Semaja, de Nechelamiet, het volgende te zeggen: